Die andere tijden, waarvan ik sprak in mijn vorige column, laten nog even op zich wachten. De wekelijkse, goed bekeken persconferentie van het Outbreak Management Team levert niet veel meer op dan vasthouden aan de huidige omstandigheden, hier en daar een klein beetje speling en verder ‘hou vol!’. Met z’n zeventien miljoenen moeten we het rooien. Ergens in de verre verte gloort –zo kun je uit de uitgesproken woorden afleiden- een sprankje licht, verlichting. Maar we zijn er nog niet.
De noodzakelijke maatregelen beperken mij in veel opzichten, zeker omdat ik veel en zo ver mogelijk lopend moet oefenen met mijn nieuwe prothese, die ik onlangs aangemeten kreeg. Goed, je loopt naar de brievenbus, maakt een korte wandeling en stapt op de hometrainer. Maar ik wil meer.
Een wandelingetje
Tijdens een autoritje zagen mijn partner en ik onze geliefde wandelplek (de Pan van Persijn) even. Daar moeten we toch maar weer eens gaan lopen. Een nadere inspectie leert dat dat kan, mits de afstand voldoende is gewaarborgd. Er stond een enkele auto. Even verder zagen we bollenvelden met te vroeg gekopte tulpen. Mijmerend reden we na een boodschap terug naar huis.
Voor je bewegingsvrijheid en bereik kom je niet zo ver met alleen een rolstoel en een computergestuurde prothese. Zelfs een vriend aan de andere kant van het dorp bezoeken is problematisch. Het blijft dichtbij huis tenzij je de auto pakt en elders een loopje doet. Alleen… dat moet je liever niet doen, zegt het OMT.
Een driewieler
Laatst waren we bij een orthopedisch fietsenmaker. Ik had in de kliniek al eens op een tweewieler gezeten en geoefend in de sportzaal, en wilde eens zien wat de fietsenmaker te bieden heeft. Tweewielers, driewielers, ligfietsen. In allerlei soorten en maten.
Na een korte zit op een tweewieler (dat blijft lastig met een bovenbeenprothese) ben ik in een driewieler beland. Toen ik eenmaal in het kuipstoeltje zat, dacht ik onwillekeurig terug aan de wintersportweek in de zitski. Het voelde zeer aangenaam. Ik heb me alles laten uitleggen en werd steeds enthousiaster. Dat kan een mooie aanvulling zijn op de gewenste bewegingsruimte, onafhankelijkheid, vrijheid, buiten zijn. En, samen met je partner er op uit. In de directe omgeving en wellicht verder weg.
En dus zit ik nu midden in een Wmo–procedure…
In de verte gloort licht!
Hein van der Zande (Leiderdorp)
Voorheen organisatieadviseur bij de overheid, nu gepensioneerd, 70 jaar, getrouwd met Els, twee (adoptie)kinderen.