Column: Een nieuwe liner en koker
Ik heb een bovenbeenprothese. ’s Avonds gaan prothese en liner uit, ik pak mijn looprek, hinkel naar de badkamer en maak de liner schoon met milieuvriendelijke zeep zonder chemische toevoegingen. Eenmaal per twee, drie dagen maak ik de liner extra schoon met gedenatureerde alcohol. Iedere morgen gaat eerst de liner over de stomp. Altijd een klusje, want de liner moet goed, netjes en strak zitten. Daarna stap ik -soms met enige tegenzin (hierover schreef ik eerder)- in de prothese.
Regelmatig check ik de omvang van mijn stomp en de relatie stomp – liner. Die moet echt strak blijven zitten. Hetzelfde geldt voor de prothesekoker: een regelmatige check of er geen ruimte komt tussen liner en koker. Enige ruimte betekent dat je niet goed kunt lopen en dat de koker als het ware bij elke stap dreigt af te zakken. En dat is geen prettig gevoel. Een afspraak met en bezoek aan de orthopedie staan daarom met enige regelmaat in mijn agenda.