Een van de sporten die ik met twee benen heb beoefend, is voetbal. Het ging me niet altijd even goed af. Ik kon een beetje meekomen. Ondanks mijn positie voorin (dan kon ik geen ellende veroorzaken in de verdediging) zijn mijn doelpunten op de vingers van één hand te tellen. Ik heb me er bij neergelegd dat dat niet dé sport was die mij actief kon bekoren. Ik kijk er wel graag naar, al zet ik de teevee soms ook uit wanneer het spel echt niet om aan te zien is. Dan ga ik schaken.
Op internet scrol ik bijna iedere dag langs de nieuwe algemene berichten. Soms staat er een verrassend verhaal tussen. Zoals dat van Rowan Geleijnse, begin februari: ‘Voetballer met één been maakt kans op doelpunt van het jaar’. Ik weet dat er op heel mooi niveau gevoetbald wordt door mensen met een beperking. Soms zie je op Facebook of Instagram filmpjes voorbij komen met tegelijkertijd een oproep om te komen voetballen. Ik stond telkens verbaasd hoe die vrouwen en mannen dat doen, met één been en krukken bewegen ze zich zo snel over het veld, dat het je soms gaat duizelen. Snel, en heel wendbaar.